3 April 2013
Deze morgen moest ik vroeg mijn bed uit, maar dit deed ik met plezier. Want vandaag zou ik naar Galibi trekken. Snel mijn zak maken en de fiets op richting Sofie, we zouden samen de taxi nemen. Toen ik gepakt en gezakt aankwam bij Sofie, stond ze daar erg verbaasd naast haar fiets... Haar voorwiel was namelijk gestolen en de poort was nog vast, vreemd, maar in Suriname kan alles. :)
Met vertraging kwamen we dan toch met de taxi aan, aan 't Vat waar we dan onmiddellijk de bus op konden stappen met John en twaalf Nederlanders. :)
Het beloofde een lange rit te worden, helemaal naar Albina. Behalve voor het traditionele broodje ongeboren kip ( ei, dus) stopten we ook een herdenkingsplaats voor het bloedbad van Moiwana in 1986. Deze gebeurtenis markeert het dieptepunt van de Binnenlandse Oorlog in Suriname tussen het Nationale Leger onder leiding van Desi Bouterse en het Junglecommando onder leiding van Ronnie Brunswijk. Troepen van Bouterse zochten naar rebellenleider Ronnie Brunswijk in Moiwana en toen hij niet gevonden werd vermoordden zij tenminste 39 onschuldige burgers (met name vrouwen en kinderen). Ook werden huizen (waaronder die van Brunswijk) in brand gestoken.Nog niet eerder waren zoveel onschuldige burgerslachtoffers in deze oorlog gevallen.
Vervolgens reden we verder naar Albina. Albina is de hoofdplaats van het district Marowijne in Suriname. De plaats ligt helemaal langs de oostelijke kan van Suriname, aan een bocht van de rivier Marowijne, tegenover Saint-Laurent-du-Maroni (Frans-Guyana). Hier moesten we dan nog even wachten op een bootje, dat ons op de illegale manier, naar Frans-Guyana zou brengen. Dus kregen we nog even de tijd om ook even Albina te gaan verkennen. We konden dan een kijkje gaan nemen bij de lokale marktkramers die echt, naar mijn normen, vreemde dingen verkochten. Je kon hier namelijk gordeldier kopen...
Na een klein half uurtje konden we ons dan bootproof maken. Alles in vuilzakken steken, jezelf ook helemaal bedekken met plastiek. Sommige mensen namen de instructies iets te letterlijk en staken echt alles in vuilzakken, zo ook hun schoenen en papieren, echt alles dus. We trokken dan met een bootje naar de andere oever en tevens ook een ander land. In nog geen vijf minuten zijn we van Suriname naar Frankrijk gereisd. :)
Daar aangekomen, merkten de mensen zonder schoenen dat het dan toch niet echt een goed idee was om echt alles in vuilzakken te stekken. Maar zoals Hendrik het mooi kan zeggen: "Use your imagination for your creation!". Na een kort stukje blootvoets wandelen op Europese gronden, kwamen we dan toch een winkel tegen waar ze dan even snel slippers konden kopen en de toch konden verder zetten. :)
Het was toch even raar om terug in een Europees land rond te lopen, stenen huizen, auto's die langs de rechter kant rijden, goed geasfalteerde weg... Vreemd allemaal :P
Veel tijd hadden we niet om zelf rond te kijken, wat wel een beetje jammer was, maar Hendrik wist ons wel onmiddellijk naar de markt te brengen. Daar vertelde hij ons weer hoe geweldig alle kruiden en vruchten van Surinaamse oorsprong wel waren. :D
Na dit snelle marktbezoekje, trokken we verder in Frans-Guyana, richting Camp de la Transportation. Frans Guyana fungeerde ooit als strafkolonie voor gevangenen uit het Franse moederland. In Saint-Laurent-du-Maroni ligt dus het Camp de la Transportation, van waaruit de veroordeelden over de kolonie werden verspreid.
Hier konden we dan even genieten van de schaduw en rust onder de mangoboom, aangevuld door het verhaal van Papillon.
Dit verhaal gaat over ene Henri Charrière, een Franse crimineel. Deze man leefde in Parijs van kleine criminaliteit. Wegens een militair strafdossier werd hij niet gemakkelijk aangenomen waardoor zijn enige hoop op overleven dus in die criminaliteit lag. In de onderwereld van Montmartre stond hij bekend onder de naam "Papillon". Ter onderscheid van een andere "Papillon" werd hij meestal "Papillon pouce-coupé" genoemd (Vlinder met de afgesneden duim). Henri had tijdens zijn dienstjaren bij de Franse marine een tatoeage van een vlinder op zijn borst laten zetten en om te ontsnappen aan het leven als marinier, hakte hij zijn eigen duim af.
Op 26 maart 1930 raakte Roland Legrand, een bevriende crimineel, gewond door een buikschot. Legrand werd overgebracht naar het Hôpital Lariboisière waar hij de volgende dag stierf na tegenover de politie de naam van de schutter te hebben genoemd: "Papillon Roger". Op 7 april arresteerde de politie echter Charrière.
Op 28 oktober 1931 werd Charrière tot levenslange dwangarbeid veroordeeld wegens die moord die hij niet had gepleegd. Hij is altijd blijven ontkennen dat hij de dader was. In de dertien jaar dat hij vastzat, ontvluchtte hij negen keer, onder andere in 1936 samen met Charles Brunier, maar werd steeds weer opgepakt en teruggebracht. In 1944 ontvluchtte hij voorgoed. Charrière heeft in diverse dwangarbeiderskampen gezeten, van Saint-Laurent tot het beruchte Duivelseiland.
Na dit verhaal konden we dan nog even een kijkje gaan nemen in wat er nog restte van het kamp.
Na dit flitsbezoek van Saint-Laurent, konden we nog even genieten van het zicht op de Surinaamse oever, met een drankje in het ene hand en een vleesbroodje in het andere. :) Hier konden we dan ook nog maar eens de krachten van de natuur aanschouwen. In het water lag er namelijk een boot, die ooit gezonken was voor een of andere reden, die helemaal overmeesterd was door de natuur. Boven het water zag je het gevolg van jaren lang vogelpoep, en het deel dat onderwater stond, werd nu gebruikt als woonplaats voor verschillende vissen en andere onderwatervriendjes.
Snel terug onze plastiekjes over onze hoofden trekken en de boot terug instappen, het beloofde een natte bedoeling te worden. Ik had ervoor gekozen om een poncho aan te doen, omdat ik helaas mijn regenjas vergeten was en de poncho het enige waterproof kledingstuk was dat er nog te vinden was in het kdg-huisje. Dus helemaal ingepakt, in een poncho, zat ik in de boot hopend op een droge aankomst... Met emmers werd het water langs alle kanten in de boot gegooid, een uur lang konden we genieten van deze douche. Zelfs met de poncho aan, was ik nog echt kletsnat, er was geen droog plekje meer te bespeuren bij ons aankomst op Galibi. Waarschijnlijk dacht iedereen hetzelfde, maar ik ga het toch zeggen. Ik zat echt op de slechte plaats mogelijk. Dus, wees gewaarschuwd. Zit nooit rechts achteraan in een bootje richting Galibi! :P
Nja, weet je, dit hebben we dan ook meegemaakt é. :D
Vanaf het moment dat ik mijn ogen dan terug kon open doen en voet aan wal kon zetten, waande ik mij opnieuw in een paradijs. Prachtig wit strand, palmbomen, bootjes... Wauw! :D
Met ons nog natte kleren trokken we dan naar het basiskamp, waar we konden genieten van een heerlijke bami. Snel onze natte kleren ruilen voor deze van een drogere aard en dan onze hangmatten in gereedheid brengen. Weeral kregen we een pracht van een hutje tot onze beschikking. :D
Nu de zon ons nog met licht overspoelde, nam Hendrik ons mee voor een wandeling in het dorp. Daar hebben we dan even kunnen kennis maken met de omgeving en maakte we een stop bij een informatief bord om een toelichting te krijgen van het hoogtepunt van deze trip. Al snel ruilde we Hendrik in voor tante Krabé. Zij vertelde ons het hele verhaal over hoe ze aan haar kleintjes is gekomen. :)
Ze vertelde ons van die tijd dat oom Krabé haar beklom en inwendig bevruchtte, hij vond het dan ook echt nodig om in haar nek te bijten en zich dan zo vast te ankeren. Veel meer details gaf ze ons niet over dit proces, ze liet wel ook weten dat ze na twaalf uur er genoeg van had.
Dan vertelde ze ons dat ze om haar eitjes te leggen aan land moest gaan, dit kostte haar erg veel energie. Want zij is het namelijk niet gewoon van op land rond te wandelen en om dan een stuk van zee naar een goede legplaats af te leggen, was wel vermoeiend. Dan moest ze eerst even nagaan of dat plekje effectief wel goed was en draaide ze daar verschillende keren rond... Dan kan ik me wel voorstellen dat dat vermoeiend was. :P
Wanneer ze dan zeker was van haar plaatsje, kon ze beginnen graven, dit deed ze dan met haar achterpoten. Dan kon ze er eindelijk aan beginnen, ze vertelde ons dat ze van het leggen van de eieren zelf niet echt veel meer wist, ze verkeerde in een soort trance. Wat ze zich wel nog kan herinneren is dat ze ongeveer twee uur na aankomst op het strand terug vertrokken was. Ondertussen had ze dan al haar eieren achtergelaten in de put en deze opnieuw dicht gegooid.
Na dit verhaal verdween tante Krabé en zagen we Hendrik terug verschijnen. Deze begeleidde ons opnieuw naar het basiskamp om daar te kunnen genieten van een heerlijke saotosoep.
Dan had iedereen nog wat tijd voor zichzelf. Hier heb ik dan ook nuttig gebruik van gemaakt. Ik nam een stoel, mijn muziek en zette me alleen in het zand... Zo kon ik nog even genieten van de prachtige sterrenhemel. Het is toch altijd fijn om te kunnen genieten van deze pracht en praal! :D
Snel die poncho terug aan, want de wateren gingen woest te keer. Maar echt nuttig was die poncho niet, nat werden we toch. Maar dat zou me niet tegenhouden om echt te genieten van wat er deze avond op me te wachten stond. Eerst konden we een ritje met de boot maken, zonder enige vorm van licht, enkel de sterren en de maan konden ons de weg wijzen (met uitzondering van de zaklamp die af en toe wel eens gebruikt werd :P).
Tijdens onze toch was Hendrik steeds op zoek naar sporen die erop zouden kunnen wijzen dat er een krabé aan land was, en ja, op het eerste eiland hadden we al prijs. :P
Snel naar de kant en het eiland op. Terwijl onze ogen konden aanpassen aan de duisternis ging Hendrik verder op zoek. Wat later kwam hij terug en konden we hem volgen... Wat was dat spannend! :D
Dan stonden we daar, oog in oog met een soepschildpad, wat een gigantisch beest! Maar lang duurde het niet, ze was niet echt van plan om haar eitjes daar en nu te leggen en keerde dus al snel terug om in de richting van de zee...
Zoals deze dame naar zee trok, trokken wij ook terug het water op, richting het volgende eiland. Hendrik had een missie, hij zou ons een schildpad laten zien die eieren aan het leggen was. :) Dus terug de boot op en het water in, het water werd maar woester en woester... Met als gevolg dat het echt wel erg moeilijk werd om bij het tweede eiland uit te kunnen stappen. Dit zorgde er dan ook voor dat er een reisgenoot is moeten achterblijven omdat deze haar voet had bezeerd tijdens het uitstappen. Erg jammer vond ik dat. Maar, de rest van de groep konden echt niet meer wachten, zo spannend dat het was. We zouden een schildpad zien, die eitjes aan het leggen was! :D
Na een wandeling in het duister en het ontwijken van verschillende hindernissen op onze weg, kwamen we dan toch opnieuw een schildpad tegen. En deze schildpad was eitjes aan het leggen!!!! Joepie jow! Wat een ervaring, echt geweldig, ik kan echt niet omschrijven hoe ik me op dat moment voelde... Het was zo vreemd! Ik had nooit gedacht dat ik daar op een strand zou staan naast een echte soepschildpad, dit zijn beelden die je enkel op discovery, en misschien ook Nation Geographic :P, zou zien, niet in het echt... En daar stond ik dan! :D
We zagen dan hoe deze schildpad haar laatste eitjes legde en deze ook terug onder het zand gooide. We hadden het geluk om iets verder een tweede schildpad hetzelfde te zien doen. Echt prachtig!
Daarna konden we dan ook zien hoe de schildpad haar eitjes in de handen van de natuur achterliet en terug richting het water trok. Zo ontroerend. :)
Na deze prachtige ervaring trokken we met z'n allen terug de boot in richting het basiskamp. Daar hebben we nog even kunnen nagenieten van de boottocht, door de misselijke en nog steeds "heen en weer"-wiegende beweging in ons hoofd. :P Snel kroop iedereen zijn, bed of hangmat in want morgen zou het vroeg dag zijn, we hadden dan ook besloten om met de hele groep te gaan genieten van de zonsopgang.
Ik ging slapen met een glimlacht op mijn snoet. Wat een prachtig gevoel heeft deze dag mij gegeven. Dit is echt een van de beste ervaringen die ik heb kunnen meemaken. Deze herinnering zal en mag nooit uit mijn hoofd verdwijnen! :D
Geen opmerkingen:
Een reactie posten